zaterdag 3 maart 2012

Nederland en België verdiepen militaire samenwerking

Minister Hans Hillen van Defensie en zijn Belgische ambtgenoot Pieter De Crem hebben deze week over verdere samenwerking van beide krijgsmachten gesproken. Het ging hierbij onder meer om de gezamenlijke bescherming van het luchtruim en samenwerking van commando’s.

De bewindvoerders deden dit tijdens een bezoek aan de Admiraliteit Benelux (ABNL) op de marinebasis in Den Helder, zo meldt een woordvoerder van het Nederlandse ministerie van Defensie.

De Admiraliteit Benelux is het gezamenlijke Belgisch-Luxemburgs-Nederlands marinecommando.

Hillen en De Crem besloten in Den Helder om ook andere samenwerkingsverbanden te onderzoeken.

F-16’s
Als voorbeeld noemden de ministers een samengestelde Quick Reaction Force (QRF) van een Nederlands en een Belgisch F-16-gevechtsvliegtuig voor de bewaking van beide luchtruimen.

De toestellen van de QRF staan 24-uur per dag startklaar om op te stijgen en eventuele vijandelijke toestellen of niet-geïdentificeerde vliegtuigen te onderscheppen.

Verder kwamen onderwerpen aan bod als het samen optrekken bij de vervanging van de F-16.

Commando’s
Nederland en België willen daarnaast de samenwerking van de Belgische paracommando’s en Nederlandse eenheden als commando's en mariniers uitbreiden.

Marine “mooi exportproduct”
Minister Hans Hillen zei: “De Belgisch-Nederlandse marinesamenwerking kent internationaal zijn weerga niet. Dit gebeurt goed en soepel en vergroot onze slagkracht. Het is een mooi exportproduct van beide landen.”

Volgens Defensie ziet minister Hillen internationale samenwerking als één van zijn speerpunten.

Hillen zei verder: “Veel landen willen samenwerken, veel landen hebben plannen, maar Nederland en België doen het ook echt. En deze unieke samenwerking gaan we verder uitbreiden.”

Pooling en sharing
Ook leden van de Belgische en de Nederlandse Kamercommissie voor Defensie kwamen poolshoogte nemen van het concept van pooling & sharing, zoals de marines van Nederland en België dat toepassen.

Zo worden Belgische en Nederlandse marinemensen gezamenlijk opgeleid en het onderhoud van schepen wordt onderling uitbesteed.

Nederlandse mijnenjagers worden onderhouden in het Belgische Zeebrugge en de Belgische M-fregatten in Den Helder.

In het verlengde van deze coöperatie wordt ook in Benelux-verband gesproken over uitbreiding ervan.

Ver gevorderde samenwerking
De Nederlandse en Belgische Marine werken al 15 jaar nauw samen bij de operationele gereedstelling van de vloot. Het gaat hierbij om onderhoud van vaartuigen en de opleiding van personeel.

Verder voeren beide landen een geïntegreerd operationeel commando.

Defensie noemt het “één van de verst gevorderde militaire samenwerkingsverbanden binnen de Europese Unie”.

“Deze wijze van optreden toont aan hoe de militaire coöperatie zich in de 21e eeuw binnen de Europese Unie verder kan ontwikkelen,” aldus Defensie.

Nederland en België varen met dezelfde fregatten en mijnenjagers en zijn beide bezig met de introductie van de NH90-helikopter.

Vorige maand herhaalde de Nederlandse Adviesraad Internationale Vraagstukken dat Nederland op het terrein van Defensie meer moet gaan samenwerken. Dit kan met België, maar ook met Duitsland, Noorwegen en Denemarken.

Zie ook:
Defensie moet meer samenwerken, extra bezuinigingen niet nodig